Gemeenten moeten meer werk maken van bewustwording en het stimuleren van een gezonde levensstijl onder ouderen. Dat zegt de Raad van Ouderen in een advies aan minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het is het eerste ongevraagde advies van de raad dat grotendeels uit de koker komt van de Limburgse vertegenwoordiging, bestaande uit Tielke Ausems en Nel van Lin.
Gemeenten zijn volgens de Wet publieke gezondheid (Wpg), verplicht om ouderen te stimuleren om vitaal te blijven. Maar de inzet van de gemeenten laat volgens de raad zwaar te wensen over. Daar maakt de Raad van Ouderen zich grote zorgen over: ‘Het schiet niet op.’ Daarom roept de raad de minister op om in actie te komen. Op de korte en de langere termijn moet hij meer aandacht besteden aan de collectieve preventieve gezondheidsbevordering van de grote groep nog gezonde ouderen. Dat betekent bijvoorbeeld 55+’ers echt collectief stimuleren om gezond te leven en voor zover mogelijk zelf verantwoordelijkheid daarin te nemen. De startleeftijd is nu 65+ en dat is toch te laat. Ook moet de minister in gesprek met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten over de uitvoering van de wettelijke taken rondom de gezondheidsbevordering van ouderen.